Kijk, hier is het mij uiteindelijk allemaal om te doen.

 

Utrecht, 30 juni 2010

Vanaf 1 juli tot en met 29 juli 2010 een rondreis, beter gezegd een heen en weer reis, die mij naar Bangkok en Chiangrai in Thailand brengt, naar Shanghai voor de wereldtentoonstelling en tenslotte naar Macau (eventjes maar) en Hong Kong. Onderweg probeer ik mijn wederwaardigheden op te tekenen en daar wat foto's bij te plakken.

Donderdag 1 juli 2010, met overstap in Cairo

Vliegen met Egypt Air is prima. Prima zit naar Cairo, alleen de stoel stond naar voren. Zolang we aan het stijgen waren was dat niet zo een probleem maar eenmaal op koers toch wel hinderlijk. Onder aan de voorzijde van het zitkussen mijn dekentje en kussentje gepropt, ging ik toch niet gebruiken. Niet dat ik lang ga stilstaan bij de anatomie van de vliegtuigstoel, maar enig uitleg is toch op zijn plaats. De stoel is van metaal, aluminium m precies te zijn en gewoon plat. Daar wordt met klittenband een zitkussen op vastgehouden. Zo simpel. Dus een beetje lostrekken aan de voorzijde en klaar was Kees. Het feitelijke probleem heb ik niet opgelost omdat ik geen gereedschap bij mij had en bovendien op vakantie ben. Verder lekker eten, genoeg drinken maar geen alcohol. Daarover later meer. En de koffie, daar ook meer over later.

En dan Cairo. Ik heb het helemaal ziet gebeuren vanaf mijn raampje bij de nooduitgang; heldere hemel en dan zie je de kust en haar lichtjes aankomen; Alexandrië. Stond een artikel over Alex in de Airline glossy. Toch eens aan denken in de toekomst. Terug naar Cairo; zitten kijken naar de steeds duidelijker wordende lichtjes, alsof ik nog nooit gevlogen had. Het is net zo boeiend als een brandend vuur of traag voortbewegende vissen achter glas. Ik heb zitten terug rekenen hoe lang het geleden moet zijn dat ik ooit in Cairo ben geweest, dat moet zeker een 55 jaar terug zijn geweest. Niet echt hoor, gewoon op het vliegveld, met KLM want met iets anders vloog je gewoon niet die dagen. Koffie gehaald bij Mc. Donalds omdat die overal ter wereld te drinken is. Niet dus, dat geldt niet voor Cairo. Smaakt niet eens naar sterke thee. Dat was in het vliegtuig dus ook. Daar ben ik maar overgestapt op thee. Sterker dan koffie bij Egypt Air. Onbegrijpelijk want Egyptische koffie is legendarisch.

Maar goed met een 777 door naar Bangkok. Groot, weer een plek met beenruimte. Lezers die mij kennen weten dat ik dat altijd probeer te regelen en meestal met succes. Goed, over die alcohol dus. Dat wordt aan boord niet geschonken. Maar wel taxfree en verzegeld verkocht. Dan is er nog maar 1 ding te doen: juist, cola nemen. De heer achter mij (Scottish, Scottish heeft hij meermalen geroepen) was al in de lorum bij het instappen. Een wat oudere Thaise dame ging bij de Chinese stewardess (die Egyptenaren kunnen alles gebruiken) zich beklagen over de dronken man en zij wilde een andere plek. Even goed bij de les blijven; een Thaise dame moet in het Engels uitleggen aan de Chinese stewardess dat de man naast haar dronken is en dat zij een andere plaats wenst. Alle uitspraken van de wereld heb ik langs horen komen maar begreep er zelf ook niets van. De uiteindelijk toegesnelde Egyptische purser heeft na veel gedoen de zaak begrepen en geregeld. Niet de dronkenschap dus, die heeft voor heel wat commotie gezorgd die nacht. Veel personeel, verontwaardigde Scottish die maar steeds wilde weten welke passagier complaint about him had; dat wilde hij wel even gaan rechtzetten. Rustig is hij niet echt geworden maar in het vooruitzicht van de komst van Thaise politie heeft hij zich enigszins koest gehouden. Toen begon hij mij te vervelen met mijn arm te strelen. Had ik geen zin in en dat zo duidelijk laten weten dat hij met een sorry afdroop. Daarna ging hij de jongen naast mij zijn bril afzetten. Die deed niet flink genoeg, dus dat duurde ff. O ja, proppen gooien door het vliegtuig. Wat niet echt hielp was dat naast hem in de andere rij een “I’am English” zat die zich ongeveer overal mee bemoeide. Ook aangeschoten natuurlijk. Scottish moest na landing blijven zitten, en dat werd afgedwongen door een security man die naast hem aan het pad ging zitten. In de morgen van 3 juli, toen ik van mijn fruitsalade met yoghurt zat te gebieten, liep Scottish langs, grote pleister op zijn kop. Was toch nog ergens tegen de lamp gelopen.

Bangkok, vrijdag 2 juli 2010

Relaxte landing, rustig aan gedaan. Immigratie ging vlot, eerst wat te drinken en eten. Water met pommelo, voor de Indië gangers djeruk Bali. Soort grote grapefruit maar dan zoet. Dit keer eens anders naar Bangkok. Met de gratis shuttlebus naar het busstation en vandaar met de stadbus lijn 552 voor 32 bahtjes naar de stad. Om de file te omzeilen uitgestapt bij On Nut de eindhalte van een skytrain. Na nog een overstap met de boot naar de oude stad. Sneller kan niet en goedkoper zeker niet. De rest van de dag eigenlijk niets gedaan; gewoon wat chillen en pas heel laat, na twaalven, gaan eten. Bij elkaar in het vliegtuig toch nog te veel voer.

Bangkok, zaterdag 3 juli 2010

Lekker hoor, douchen, klein stukje lopen en dan ontbijt: fruitsalade met yoghurt en groen thee. Daarna uren gelopen door de oude stad; in het zakencentrum en aan de rivier domineren de wolkenkrabbers maar hier is alles 2 of 3 hoog. Hier ruikt het de hele dag naar eten. Okay, soms ook een vleug stank als je over een riool loopt en wat diesellucht als je langs een stilstaande bus loopt maar overwegend toch eten. Het weer is heel bijzonder; geen zon, stevig bewolkt maar ik denk een graad of 35 met een lekker windje. Na ff uitpuffen met de boot naar Chinatown, boeken voor de dagtocht bij Co van Kessel in het  Grand China Princess Hotel. Gelukt en zelfs de legendarische mister Co gezien en gesproken. Wow! Terug op de boot gewacht die niet kwam. De laatste zou om 19:00 uur komen maar uiteindelijk is niets zeker. Daarna door de bloemenmarkt geslenterd, nog nooit ergens zoveel bloemen bij elkaar gezien. Grote plastic zakken met losse bloemen, veel afrikaantjes. Die worden gebruikt om slingers van te rijgen. Veel bloemen worden verwerkt in kransjes en meer van dat soort spul om te offeren in de tempels. En als je dan toch al een eind op weg bent, kun je beter nog een stukje doorlopen, kan altijd nog een taxi pakken. Okay, tot de volgende kruising dan. Uiteindelijk het stuk van Chinatown naar Khao San maar gelopen. Uurtje flink doorstappen. Goed voor me. Op Khao San stond de wedstrijd Nederland Brazilie in de herhaling; had ik dus niets van gezien. Met een biertje de NL doelpunten zien maken. Op straat nog steeds Nederlanders in Oranje

Bangkok, zondag 4 juli.

Vandaag een dagtocht met de fiets. Het is bewolkt dus prima om te fietsen. Met de Chayo Praio Express boat naar Chinatown, koffie en kennismaking in de lobby en op weg; we zijn maar met zijn drieën. De smalle straatjes en markten van Chinatown. Hoewel ik er afgelopen oktober nog gefietst heb blijft het enig om te doen. Het mooiste is nog die mensen die zich excuseren dat ze in de weg staan of lopen terwijl jij daar notabene met de fiets doorheen crost. Verder over stoepen, door onmogelijke steegjes en dwars door markthallen. Vis, enorm, groot en klein, groenten, vlees, er komt geen einde aan. En daar tussenin voortdurend etende mensen.

Dan naar Hua Lamphong, het centraal station van Bangkok. De trein naar ver buiten Bangkok maar toch in Bangkok. De trein staat er al, de locomotief nog niet. De fietsen tillen we door het raam naar binnen; alles kan hier. 5 bath voor de buitenlanders; 0 bath voor de Thai, als het maar een stoptrein met houten bankjes is dan hoeven zij niet te betalen. Niet alleen fietsen gaan er in, sommigen hebben hun hele handel mee. Een klein uur rijden en dan moeten de fietsen er weer uit. Dat gaat prima met de hulp van nog wat passagiers, iedereen lol. Dat op weg, zoals gezegd buiten Bangkok maar nog steeds in Bangkok. Direct bij het station beginnen de klongs, de kanalen al. Met aan weerszijden betonnen fiets/wandel/bromfietspaden op het water. Metertje breed en geen reling. Maar ja, als je in Chinatown kunt fietsen, dan lukt dit ook. Tegenliggers wachten altijd beleefd tot je gepasseerd bent. Malle mensen. Ze moesten eens weten hoe het bij ons gaat. Verder door de groene weelde. We fietsen door een gebied waar overwegend moslims wonen. De kleding en de moskeeën is het enige dat hier anders is. En ze eten geen varkensvlees legt Ad ons geduldig uit. Soms haalt iemand een visnet op, grote vierkante netten die in de klong liggen en de boven het net zwemmende vissen verrassen. Grote vissen gaan de buik in, kleine vissen in een soort bun. Die worden vetgemest tot ze groot genoeg zijn voor de buik. Inmiddels is de zon gaan schijnen en wordt het warmer. Is niet erg want er staat ook een windje. Eindje fietsen, cola stop, eindje fietsen, lunchtijd. Sprookjesrestaurant of beter gezegd afdak over het water. De schalen blijven op tafel komen. Co van Kessel had het in de folder al beloofd; de dagtochtgangers krijgen een uitgebreide lunch en in Thailand is uitgebreid ook echt uitgebreid! Na de lunch nog een flink eind fietsen; mijn band moet opgepompt worden. Dan gaat mijn trapper loslaten, hij draait langzaam van de trapas af. Best hinderlijk maar het humeur is zo perfect dat het niets uitmaakt. Iedere 10 minuten even vastdraaien. Ad, de gids, brengt ons naar een fietsenmaker. Die sleutelt en dat helpt…. Een half uur. Ach, wat geeft het ook. Langs de klong waardoor wij straks de boot gaan nemen terug naar het centrum. Uiteraard langs een tempel.Mijn mededagtochters gaan met Ad mee de tempel in en offeren hun schoenen. Ik heb dat al eens gedaan en ga lekker zitten in de comfortabele stoelen voor de tempel. Als mijn groep uitgetempeld is (iets voor de van Dale? Ik tempel, zij tempelen) gaan we de holy fish voeren. Gulzige meervallen die over elkaar heen kronkelen om nog vetter te worden dan zij al zijn. Doet het altijd goed voor toeristen. Over toeristen gesproken; die zijn we nog niet tegen gekomen. Na het varen met de fiets de skytrain in, overstappen, uitstappen en weer door Chinatown. Verveelt niet, wel begint zich de zadelpijn te gevoelen. 

 

Bangkok maandag 5 juli

Vanmorgen vroeg op, 6 uur. Mooie dag na de enorme regenbuien van vannacht. Zo hoort het; ’s-Nachts regen, overdag droog. Lekker gegeten, wel weer erg westers; fruit salad met yoghurt. Op weg met de boot van Pra Artit naar Taksin om de skytrain te pakken. Het blijft boeien met de Chayo Prao Express boat over de rivier varen. Ik word er gewoon vrolijk van; de snelheid, de opspattende golven en het snerpende fluitje van de man die moet vastmaken bij een aanlegplaats. Vandaag is het, net als gisteren, graduation day. Op het terrein van het marine hoofdkwartier zijn grote feestelijkheden aan de gang, meisjes in toga en heel veel bloemen; daar houden ze hier van. Vanaf de boot is alles te zien en dat al om half acht in de morgen. Bij Taksin de boot af en omhoog naar de skytrain. De eerste is te vol, de tweede gaat net. Alle Thai die in Bangkok city werken wonen volgens mij in Thonbury, de rechter oever van de rivier. Propjevol en dan nog zo’n grote kerel met rugzak erbij! Vanaf het skytrain station . Thai kun je in de toekomst verder met de airport express train. Mogelijk pas in augustus dit jaar…….. Niet dus, alles is hier altijd anders. Terwijl ik op de stoptrein sta te wachten vertelt een mevrouw mij dat de airport express al rijdt. Alles is hier altijd anders. Enfin, naar het loket voor een kaartje want de automaten doen het niet. Weer een verrassing; free ticket! Op het vliegveld staan zeker tien trotse superslanke Thai je te wijzen waar de overal zichtbare roltrap naar boven gaat. Valt me nog mee dat je niet gedragen wordt. Later zit ik in een bijna catastrofe. Op de hellingbaan naar beneden is een grote groep kennelijk Arabisch mensen met koffers als zeecontainers, wandelwagens, kinderen en vooral veel kwebbelende dames (niets tegen vrouwen, dit was echt zo) die van alles doen behalve opletten. Dan gaat al kwebbelend een wandelwagen dwars, de bagagewagens lopen daar op vast en de band blijft draaien, niemand drukt op een noodstop. Ik kan mij nog net tussen twee karren wringen en begin te trekken aan de karretjes omdat de brei maar blijft aanhouden. Nog een wandelwagentje vast; ik trek het ding er uit en slinger het opzij. Gillende kinderen en grote paniek. Nadat ik samen met een toegesnelde Thaise security de kluwen gangbaar heb getrokken, komen er van alle kanten mensen aanrennen op het gekrijs. Ik ben daarna maar verder gelopen, op weg naar een bakje koffie en een kom beef ball soup. Heb ik weer…….

Bij de gate weer consternatie. Er verschijnt een weegschaal en een bord met een vreselijke mededeling; max. 7 kg and only 1 piece. Daar ontstaat heel wat discussie over want het is hier meestal niet zo strikt. Mijn rugzakje is zonder notebook precies 7 kg en een notebook in een apart tasje mag. Veel moeten wat uit hun koffertje halen en mogen dat verder wel in de hand meenemen. Snap jij het of snap ik het nog?

Chiang Rai, maandag 5, dinsdag 6 en woensdag 7 juli 

Netjes afgehaald door Ton en Mart, die hier nu twee maanden is. Als ze het vliegtuig van AirAsia zien overvliegen, stappen ze in de auto en zijn dan prima op tijd om de nieuwkomer op te pikken. Omgekeerd is het lastiger hun huis te zien. Pas als de masten op de heuvel in zicht zijn weet je dat je razendsnel naar beneden moet kijken om nog net het huis van Ton te kunnen zien. Hier alles als van ouds, ’s-avonds lekker eten op de Night Bazar en een biertje te veel. En woensdag dus same same. Lekker weer, geen regen. Moet kunnen. Ton heeft inmiddels tegen wil en dank een restaurant geopend; de termieten (rajap) zijn de mdf plinten in de (slaap)kamers met laminaat aan het oppeuzelen en dat gaat met grote snelheid en behoorlijke schade gepaard. Die beesten lusten ook alles. Deze week worden de plinten vervangen door uit Singapore overgevlogen kunststof plinten. Verder hier en daar weer mensen dag gezegd en daar biertjes op gedronken.

Chiang Rai/Bangkok, donderdag 8 juli

Op weg naar Sjanghai. Vroege vlucht naar Bangkok omdat iedereen zegt dat er wel eens vluchten gecancelled worden en ik niet wil meemaken dat ik het vliegtuig naar Sjanghai mis. Al vroeg, 14:55, in Bangkok dus. Dat wordt wachten tot 01:55, althans dat dacht ik toen nog. Eerst bagage in depot en dan met een “free ticket” de Airport Express Train naar Bangkok. Eindstation Phaya Thai, midden in de stad. Kunnen we overstappen op de BTS, de Skytrain. Ton moppert nog wat dat de systemen niet op elkaar aansluiten, ik vind het prima. Nooit meer file als je de stad in wilt. Van de Skytrain de Chao Pray Express Boat naar Banglamphoo waar ook Khao San Road ligt, het backpackers paradise dus. Ben benieuwd wat Ton er van gaat vinden. In dat deel van Bangkok is hij nog nooit geweest; daar hoor je boven de veertig ook niet te komen. Eerst acclimatiseren; een drankje op een terras aan de rivier. Dan de drukte in; voorzichtig verder, vis eten in een eethuis op Soi Rambuttri. Dan verder langs de restaurants, bars en winkeltjes. Nog wat drinken en tenslotte bij een kroeg op de stoep gezeten waar twee gitaristen en een zangeres ons vermaken met blues en rock; schot in de roos.

Foto rechts: Ton 'ik ga echt niet op een krukje zitten' bij live optreden in Rambuttri straat, Bangkok

Daarna nog een ommetje gelopen en terug over Khao San Road. Voor mij gewoon ouderwets gezellig en ik merk dat Ton het ook leuk vindt. Is hij inderdaad nooit geweest. Is ook best bijzonder hier, een uitgaansgebied zonder animatie dames en hoeren. Dan maar eens rustig terug naar Suvarnabhumi, het vliegveld van Bangkok. Met de boot en de skytrain gaat niet meer want de rivierboten varen maar tot 19:00 uur, niet als het donker is dus. Te vroeg op het vliegveld, eerst wat eten en drinken op de food court op de 1e verdieping; eend op een bedje van noodles. Daarna lang wachten bij de checkin balie van China Southern. Als er uiteindelijk personeel verschijnt, blijkt waarom ze geen haast hadden; het vertrek is vertraagd van 01:55 naar 04:20. Dat scheelt dus nogal. Om de pijn te verzachten krijgen we een lunchbonnetje voor 220 bath. Daar kun je achter de douane niet echt mee uit je dak gaan. Maar goed, het is gratis. En dan begint het lange wachten. Ik ga niet zitten maar kies de grond met mijn notebooktas als kussen en ben snel vertrokken. Als ik uiteindelijk weer wakker word ben ik koud; en stenen vloer en airco. Stomme combinatie. Maar geslapen heb ik wel. In het vliegtuig, een Airbus 300, zitten bij de nooduitgang; langebenenland. Ik instrueer Ton dat hij zich moet gedragen alsof hij kan zien anders mogen wij, of eigenlijk hij, daar niet zitten; er is een groot toneelspeler in hem verloren gegaan. Zijn we koud in de lucht, krijgen we een dienblad voor ons neus; niks warme hap. Een blad vol snoeperij. De Chinese variant van het worstenbroodje, uienkoekjes, cake, kitkat en meer zoetwaren. Zoiets heb ik nog nooit meegemaakt. Schuin voor ons is een Chinese dame van alles aan het regelen voor haar bejaarde pa en moe, andere zitplaatsen, dekens, kussens. Na later blijkt niet geheel en al zichzelf wegcijferend want een uur laten tref ik haar languit slapend aan op de 4 stoelen in het midden van de A300. Pa en ma hebben dan wel meer beenruimte maar geen leuningen die omhoog kunnen dus ook niet liggen of halfliggen. Na uitstappen in Sjanghai is ze nog steeds bezig alles te regelen, de richting waarin gelopen moet worden en het tempo waarin. O ja, vergat ik nog bijna, er is ook een man bij en die loopt ook al in de pas!

Sjanghai, donderdag 8 juli

Vandaag dus aangekomen in Sjanghai. We kunnen kiezen tussen metrolijn 2, die precies om de hoek van ons hotel een station heeft of met de Maglev, de magneetzweeftrein en daarna overstappen op lijn 2. Uiteraard wordt het de Maglev. Met een snelheid van 431 km per uur en nog schok- en lawaaivrij ook. Langs de snelweg, hetgeen mijn reisgenoot de opmerking ontlokt: waarom staan al die auto’s hiernaast geparkeerd? Overstappen en pinnen. Metrostation Nanjing road East, exit 1. Naar boven, rechtsaf de overweldigende drukte van Nanjing Road in, meteen weer rechtsaf en Shanxi road in, naar het Nanjing hotel. Gerenoveerd twintiger jaren hotel met rode tapijten en mahoniehouten meubels.Maar vooral midden in het centrum, goed bereikbaar en zeer betaalbaar. Vandaag niet veel meer gedaan dan Nanjing Road op en af lopen, de vele aanbieders van “shopping, Lolex, Tiesurt, vellie tsjiep” van ons afgeslagen en hapje gegeten met een biertje erbij. Morgen weer een dag.

Rechts: Nanjing Road

Sjanghai, vrijdag 9 juli

Nog wat rust moeten nemen, heen en weer gedrenteld naar de rivier, koffie in een te dure koffietent en op de wandelpromenade veel op de stenen muurtjes gezeten. Mijn reisgenoot moet nog wat wennen aan het ambulante karakter van het stadsleven en heeft te leiden van opstandige onderdanen. Het zal wel wennen hoop ik

 

 

Pudong op de rechteroever  en De Bund op de linkeroever

 

 

 

Sjanghai, zaterdag 10 juli

Met de bus, een heuse dubbeldekker zonder dak boven/achter een stadsrondrit gemaakt. Uitgestapt in Xintandi in de voormalige Franse concessie. Een hip uitgaansgebied met ueber gerestaureerde huizen en veel, heel veel, op Europese leest geschoeide terrassen en restaurants.

Een straatje in Xintandi

Stokbrood en pizza staan klaar. Ik was hier de vorige keer al geweest maar ik deed mijn reisgenoot zichtbaar plezier en niet in de laatste plaats met de comfortabele terrastoel. Verder lopend ook langs het gebouw waar in 1921 het eerste congres van de Chinese communistische partij had plaatsgevonden. De toegang was gratis. Dat betekent overigens niet dat je zomaar naar binnen mag lopen. Eerst in de rij voor je free ticket, die vervolgens gewoon gecontroleerd werd alsof je ervoor betaald had en dan de tasjes door de doorlicht apparatuur. Dat moet hier overigens overal, ook in de metro. Eerst je spullen op de band en dan zelf door de pieppoortjes en geen pardon voor passanten die niet piepen zoals ik; gewoon op het plateau en een lichte fouillering; tun alound suh (turn around sir. Enfin, terug naar de partij. De partij had er een museum van gemaakt met allerlei verklaringen en relikwieën uit de tijd van het 1e partijcongres. De tafel waar de 13 afgevaardigden vergaderd hadden stond pontificaal opgesteld, compleet met wassen beelden en de twee blanke vertegenwoordigers van de communistische internationale. Voorzitter Mao stond erbij en keek er fier naar. Foto’s maken mocht absoluut niet en dus stond er een in uniform gestoken chinees permanent te krijsen dat het niet mocht. En dat tegen een zaal vol hardhorende Chinezen. Hielp dus niet echt. Gelukkig was het zaaltje waar de vergadering echt had plaatsgevonden ook aanwezig, in een stil gedeelte van het gebouw, maar nu zonder wassen beelden. Samen met een fototentoonstelling over het Shanghai rond 1900 een buitengewoon aardig bezoek. Echt een beetje gevoel dat ik op plek stond waar een belangrijk stuk geschiedenis gemaakt was. En vooral het gewone, een eenvoudige ruimte met een groot uitgevallen eettafel.

 

Links en rechts: Uitzicht vanaf het hotel op het buurtje achter Nanjing Road. Hoelang nog?

 

 

 

Links: Alles gebeurt hier op straat, dus ook de kinderen eten geven

 

Rechts: een kroonluchter in het Metropole hotel

 

 

Een trolleybus, op de kruising Jianxi Rd. en Hankou Rd.

 

 

 

 

Sjanghai, zondag 11 juli

Met de bus door Pudong, het nieuwe stadsdeel aan de overzijde van de Huangpu rivier. Regen, veel regen. Het zij zo. Onder de 468 meter hoge pareltoren van het Oosten, een TV toren is het historisch museum van Sjanghai gevestigd. Daar wordt het leven tussen pakweg 1840 en 1950 tentoon gesteld. Zowel het Chinese leven in die jaren als het leven in de westerse concessies. Met diarama’s is het stadsleven van die tijd in zicht gebracht. Veel is bewaard maar er is ook eigenlijk best wel veel verloren gegaan. Van de trams uit die tijd zijn slecht modellen te zien en ook van de prachtige auto’s die je op de oude foto’s ziet hebben ze replica’s tentoongesteld. Maar goed, het leven in de stad is heel beeldend; winkeltjes, ambachten, een opiumkit compleet met uitgemergelde types. Kleine straatjes zoals het er rond de eeuwwisseling uit had gezien. Erg leuk allemaal en voor wie ooit nog eens in Sjanghai komt; zeker doen. Als afsluiting van de dag de absoluut noodzakelijke rondvaart over de Huangpu. Betalen voor de vaart alleen is niet voldoende; voor mooie plekjes moet je nog eens 20 Yuan extra betalen aan de bemanning. En als je eenmaal een stoeltje hebt; pas op want die wordt met een snelle graai onder je vandaan getrokken, schaamteloos maar wel hilarisch. En schelden dat ze op elkaar kunnen!

Met mij meevaren op de Huangpu? //youtube.com/watch?v=l-egQYSciqU

Sjanghai, maandag 12 juli

Met de Metro naar de Expo. Geen files dus. Wel op de Expo. Vanaf het metrostation op weg naar het Nederlandse paviljoen, langs rijen wachtenden die bij de Belgen, Polen en Duitsers naar binnen willen. Dan het Nederlandse paviljoen…….. geen kip te bekennen. We lopen er omheen en spreken twee meisjes aan die net naar buiten worden gelaten om te roken. Desgevraagd vertellen ze dat ze vandaag pas om 14:00 open gaan vanwege de voetbal de afgelopen nacht. Watjes die Hollanders; kunnen niet eens een nachtje doorhalen. We gaan later wel terug. Na een stom ritje met een uit de kluiten gegroeide elektrieke golfcar in de eindeloze rij gaan staan voor het grote Chinese paviljoen waarin zich de provinciën presenteren.

Heel groot en ook heel druk. Veel audiovisueel geweld maar eerlijk gezegd ook heel weinig informatief; ik denk dat de gemiddelde reisbeurs in Holland meer info geeft. Terug naar het NL paviljoen. Daar is al heel veel over te doen geweest, in positieve zin dan. En ik moet zeggen dat het eigenlijk ook heel verfrissend is tussen alle al dan niet mooi vormgegeven hallen. Het is transparant; je gaat niet naar binnen maar loopt er doorheen. Letterlijk dus. Omhoog en weer omlaag langs kleine aanplakhuisjes waar je naar binnen kunt kijken naar iets “typisch” Nederlands. Veel kijkers bij de Tiara van Maxima die in het groot geportretteerd aanwezig is. Ook die Maxima is typisch NL kennelijk. In ieder geval niet Duits zoals de rest van haar schoonfamilie en dat scheelt weer. En op de grond grastapijt in de kleuren groen en paars. En op dat grastapijt mogen de mensen zitten, tussen de verplaatsbare kunststof schapen. Daar slepen kinderen mee, gaan er op zitten, worden gefotografeerd en gaan er naast liggen. Echt leuk; voor alle mensen in een ultieme menselijke maat.

Spelen met de schapen op het kunstgras

 

 

 

 

 

Sjanghai, dinsdag 13 juli

Ik ben tot de conclusie gekomen dat wij een heel verkeerd beeld van de wereld tentoonstelling hebben. Het is niet zo dat hier de landen van de wereld aan de rest van de wereld laten zien wat zij in huis hebben, nee, de wereld presenteert zich hier aan de Chinezen en die paviljoens lijken in hoofdzaak bedoeld om het eigen volk een decor voor te zetten. En dat decor is heel belangrijk. Niet om naar te kijken maar om te gebruiken als….. ja, uitsluitend als decor! Want er wordt de hele dag door gefotografeerd en de bedoeling is dat de gefotografeerde in een zo gunstig mogelijke positie tegen in principe ieder decor op de foto gaat. En daarna wisselen. Ik maak geen grap! Ik zie weinig echte belangstelling voor het gebodene maar wel voortdurend bellende en fotograferende mensen. Om in die paviljoens elkaar te gaan fotograferen en met elkaar te kunnen bellen hebben deze mensen heel veel over; om te beginnen 160 Yuan per persoon (ca 15 Euro) om de Expo binnen te komen om vervolgens een uur tot soms wel meer in ellenlange rijden staan om in een paviljoen te komen. En dat is redelijk gespreid over alle paviljoens. Ook de saaie. Dat betekent dat die rijen mij soms verhinderd hebben om iets te gaan zien wat ik graag had willen zien. Ook wel omdat mijn reisgenoot niet echt lang in de rij kan staan.

Ik vind het gezellig wandelen op het terrein en de bonte verzameling aan paviljoens verveelt niet maar echt landenpaviljoens bezoeken, daar was het deze dagen echt te druk voor. Soort Efteling of Euro Disney; een halve dag uittrekken om twee attracties te zien.

Sjanghai, woensdag 14 juli

De Delta van de Yangzi rivier is een zeer waterrijk gebied. Op dit moment zijn er tengevolge van de hevige regenval de afgelopen dagen overstromingen in het achterland waarbij ook veel slachtoffers zijn gevallen. In Shanghai zelf is daar niets van te merken afgezien van het feit dat ik genoodzaakt was twee paraplu’s te kopen.

In dat waterrijke achterland liggen een aantal “waterstadjes” die zich kenmerken door kanalen, stenen bruggen over die kanalen die de oude straatjes met elkaar verbinden, kleine vaak witte huisjes, tempels en tuinen en meestal niet toegankelijk voor auto’s. Zo een stadje is Zhujiajiao, uitgesproken als tsjoejajaa. Ik ben daar de vorige keer ook geweest maar toen was het veel drukker. Omdat mijn reisgenoot een broertje dood heeft aan de benenwagen en het openbaar vervoer, zijn we niet met de bus, want naar haltes moet je lopen, maar met de taxi gegaan. En in Zhujiajiao met een bootje waarin je tegen betaling door de kanaaltjes wordt gevaren. Eigenlijk ook best eens leuk. Thee gedronken in te kleine stoeltjes en gegeten. En toen moest er eend op tafel komen en hoe doe je dat in het Chinees? Een eend nadoen dus. Mijn acteerprestaties leidden er echter toe dat er kikkerbilletjes op tafel kamen in plaats van de door mijn reisgenoot zozeer begeerde eend. Kennelijk een te gering fonetisch verschil tussen kwek en kwak!

Na de billen en een wandeling door de pittoreske straatjes een bezoek aan de Kezhi tuinen, aangelegd vanaf 1912 tot 1927 door de plaatselijke Dagobert Duck in een aparte combinatie van Chinese en westerse stijlen. Veel rotspartijen, prachtige paviljoens en elkaar, maar zeker ook, ons fotograferende Chinezen. De dag na een lange taxirit, een slaapje en diner op een terras op Hongyi plaza beëindigd met een aantal flessen gegist druivensap. Het sulfietgehalte zou mijn reisgenoot, die gek is op druiven, de volgende dag een kloppend hoofd bezorgen.

Bootje varen in Zhujiajiao: //youtube.com/watch?v=QvwiAyBqt3g

Links:etende familie

 

Rechts: zo kom je Zhujiajiao in

 

 

Links: doorkijkje vanaf het terras

Rechts: de Kezhi tuinen

 

Sjanghai, donderdag 15 juli

 

De oude stad van Sjanghai, althans wat daar na een vernietigende restauratie nog oud aan is. Toch leuk. Veel winkels, heel veel winkels. Juweliers, kleding, prullaria. Wel aanzienlijk minder druk dan de vorige keer maar toen was het Chinees nieuw jaar en bovendien avond. Nu is het een gewone doordeweekse dag en kun je gewoon lopen. Over de zigzag brug met negen hoeken. Dat was nodig omdat boze geesten dom zijn en alleen maar rechtdoor kunnen lopen en in de war raken als ze steeds de hoek om moeten. Wij zijn slim en bereiken het 400 jaar oude vijfkantige theehuis Huxinting , waar we aanschuiven voor een traditionele Chinese tea.Soort high tea maar dan op zijn Chinees; kwarteleitjes, onbestemde koekjes, gedroogde vruchtjes en nog wat voor ons onherkenbare lekkernijen. Na de thee in de rij voor een kaartje voor de Yu tuinen. Het zou de enige klassieke tuin in Shanghai zijn en is in 1577 is aangelegd. Wel heel bijzonder, onder een 400 jaar oude Genko te staan. Zou ook zo maar kunnen. Hier ben ik de vorige keer niet geweest. Wel heel bijzonder, Tuinen zijn hier vol, heel vol. Paviljoens, rotspartijen, waterpartijen, kleine paadjes, verrassende hoekjes, alles op een heel bijzondere en doordachte manier gerangschikt zodat het lijkt alsof je in een hele grote tuin loopt. Ook veel rustplekjes op lange houten banken rondom de paviljoens. Daar een drie kwartier zitten dromen en staren naar de goudvissen die ronddartelen bij het voer dat er voor ze wordt uitgestrooid. Op de terugweg langs een juwelier in waar mijn reisgenoot voor zijn vrouw een gouden ketting wil kopen. Ik moet kijken, en hij navoelen of het de ketting is die hij bedoelt. Mooie ketting maar wel “slechts” 18 karaat terwijl in Thailand echt goud alleen maar 24 karaat kan zijn. Daar is het tevens een belegging en alleen het boterzachte 24 karaats goud komt daarvoor in aanmerking. Maar goed, het is een geschenk en we zullen zien. Door de Fangbang Lu, de straat die door de oude stad loopt, gaan we verder op weg naar een ouder gedeelte met veel antiekwinkeltjes en theehuizen. Eerst nog wat kleine straatjes in, het echte en authentieke Sjanghai. Ik heb er foto’s van maar de site is vol dus dat doe ik als ik weer thuis ben. Het is mooi geweest en we nemen een taxi; mijn reisgenoot gaat siësta nemen. Voor mij een mooie gelegenheid om een flinke wandeling te ondernemen door het stadsdeel waar we slapen. Heen door een wonderbaarlijk geconserveerde Jianxi road, een straat die parallel loopt aan de Huangpu rivier en terug over Sichuan road, die ook parallel loopt aan de rivier. Helemaal uit langs winkels en restaurants tot aan de Suzhou Creek, een zijrivier van de Huangpu rivier. Langs de Suzhou Creek is een park aangelegd waar goed gebruik van gemaakt wordt. Mensen wandelen, slenteren, laten hun hond uit of gaan op een bankje zitten. Ik loop er steeds lichter van!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Fotoos van boven naar benenden: Huxinting theehuis, een veel gefotografeerde man, mannen aan de thee in het Huxinting theehuis, het interieur van het theehuis, weer een "ik ga echt niet op een kruk zitten" man, Yu tuin.

 

 

 

Links: nog meer Yu tuin

 

 

 

Sjanghai, vrijdag 16 juli

Weer terug naar Bangkok en vandaar naar Chiang Rai. Met de metro lijn twee. Onderweg op Dongjing Road even overstappen; in totaal minder dan een uur naar Pudong. Inchecken verloopt vlot en boarden ook. Allemaal in de bus die vervolgens het hele vliegveld over moet, compleet met rode stoplichten bij een startbaan, en eindelijk bij een gereed staand vliegtuig. Maar dan...... We komen niet weg en hebben uiteindelijk ruim anderhalf uur daar gestaan totdat de bemanning maar een warme maaltijd ging uitdelen. Hap, hap, hap, bijna klaar en toen mochten we gaan dus met een bloedgang weer alle dienblaadjes opgehaald.

Intermezzo:  De batterijtjes.

De oplaadbare batterijen voor mijn camera die ik heb meegenomen zijn kennelijk niet meer zo vers en in no-time leeg. Ik moet dus gewone batterijen kopen en loop daarvoor een foto zaak op Nanjing road binnen. Na wat rondlopen kom ik bij een toonbank waar hier en daar wat spulletjes liggen maar ook een pakje met twee door mij gewenste batterijtjes. De verkoper achter de toonbank heeft het druk met wat papiertjes. Ik wacht beleefd, zoals het een gast betaamt. Dan ziet hij een pakje en dat pakje moet kennelijk heel erg nodig naar de andere hoek van de winkel gebracht worden. Na zijn terugkeer kijk hij weer geïnteresseerd in wat papiertjes, mij volkomen negerend. Ik begrijp dat ook wel want hij heeft het heel erg druk. Dan durf ik zijn drukke werkzaamheden even te onderbreken en wijs ik op de twee door mij zo zeer begeerde batterijtjes. Hij begint het te snappen en wijst ook op dezelfde batterijtjes en kijkt mij vragend aan. Ik knik verheugd, verheugd over zoveel begrip voor mijn nood. Dan komt het bonnenboek tevoorschijn. Uiterst zorgvuldig worden vier carbonnetjes op de juiste wijze tussen de in kleur verschillende bonnetjes geschoven. Eerst nog wat aan de rug zittentje scheurrestjes van voorgaande aankoopbonnen verwijderen en dan komt de pen tevoorschijn. Het nummer op het pakje batterijen wordt ingevuld en nog wat voor mij niet te volgen gegevens. Dan worden er vier bonnetjes uitgescheurd. De carbonnetjes keurig opgeborgen en ik krijg geen batterijen maar wel drie bonnetjes. Hij wijst mij op de kassa. Wij lopen samen op; ik aan de ene kant van de toonbank, hij aan de andere kant. Bij de kassa blijven we allebei staan, ik aan de voorkant, hij aan de achterkant. Ik leg de drie bonnetjes en wat geld voor de kassa meneer neer. Die bestudeert de bonnetjes, haalt mijn geld twee keer door een apparaatje, 1 keer de ene, 1 keer de andere kant, stempelt dan mijn drie bonnetjes af, geeft mij mijn wisselgeld en twee bonnetjes. Hij houdt er eentje voor zichzelf en doet die zorgvuldig onder een paperclip bij andere bonnetjes. Ik loop weer samen met de verkoper terug naar de toonbank. Daar geef ik hem mijn overgebleven twee bonnetjes, hij controleert die en geeft mij een van de twee bonnetjes terug en ……………….., gelukkig, ook de twee batterijtjes. Einde oefening, ik twee batterijtjes.

Chiang Rai, vrijdag 16 juli tot maandag 19 juli.

Niet zoveel te melden, dus dan laat ik maar wat dagen blanko.

Chiang Rai, Bangkok, maandag 19 juli

Vandaag weer op reis. Het is een regenachtige dag maar wel lekker warm en dan is het niet erg. Ik ga het mij heel erg makkelijk maken. Van Chiang Rai naar Bangkok en daar een hotel, Convenient Resort, op 10 minuutjes afstand van het vliegveld. Met pick-up service. In het gebied waar ik eerder ook gefietst heb, dus aan de kanalen. Vanavond dus maar eventjes niet Bangkok in. Gegeten onder een rieten dakje en op tijd weer naar de kamer. Lekker hoor!

Bangkok, Macau en Hong Kong, dinsdag 20 juli

Vroeg op omdat de baliemeisjes mij in het busje van 7:30 hadden geboekt. Had ook moeten nadenken; had al een boardingpass, geen bagage afgeven en dus zo door de immigratie. Liep ik al om 8 uur bij de gate. De tijd doorgebracht met koffie, stuk lezen en wat "free" internet. Goede vlucht naar Macau en....nasi lemak! De luchthaven van Macau is net als die van Hong Kong in zee aangelegd. De landingsbaan begint dus in zee. Best wel apart gezicht, je scheert over het water en het lijkt alsof je in zee gaat landen...... maar dan plotseling een dijkje en asfalt. Dus toch maar vaste grond onder de wielen. De zon schijnt en ik wandel in het zonnetje van het vliegtuig naar de gate. Gaat hier lekker vlot en ik zit zo aan de koffie. Met de bus naar de stad. Iets te vroeg uit laten stappen dus na een wandeling met de taxi naar de oude (Portugese) stad. Macau  is een stad van gigantische tegenstellingen. Er staan enorme casino's en dito hotels. Want dat is de aantrekkingskracht van Macau; het Las Vegas van Azie! Maar er is gelukkig ook een ander Macau, het Macau van de oude koloniale gebouwen en kerken. En dat is heel erg leuk. Ook hier heel veel chinezen op een klein oppervlak en bovendien allemaal tegelijkertijd op straat. Mij hindert het niet. Soms is het raar, een prachtig koloniaal gebouw, dat helemaal vol hang met Mac Donald borden. Klopt echt niet. Vanaf het Lago da Senado, het mooiste plein van de stad zeggen ze, loop ik omhoog naar de ruine van de Sao Paulo, waarvan na een brand in 1835 alleen de voorgevel nog overeind staat. Verder omhoog, naar het fort, Fortalezza Sao Paulo do Monte. Alle borden en andere aanduidingen zijn drietalig, Chinees, Portugees en Engels.

Links: Bakkwa of Rougan (肉乾) is gezouten en gezoet gedroogd vlees in dunne plakken. Meestal varkensvlees maar soms ook rundvlees. Het is een manier van vleesconservering uit het oude China. De verkoper knipt het in smalle reepjes en doet het voor de klant in een plastic zakje.

Lastig dat de inwoners alleen Chinees lijken te begrijpen. Een vriendelijke politieagent heeft voor mij op een papiertje de Chinese naam van Lago da Senado opgeschreven en op de terugweg herhaal ik in vloeiend Portugees: Terminal Maritimo. De chauffeur snapt er niets van totdat ik zeg Ferry to Hong Kong. Dat doet het licht aan. De ferry naar Hong Kong betekent het land weer uit. Zowel Macau als Hong Kong zijn aparte administratieve regio’s met een eigen bestuur dat bijna alles zelf regelt met uitzondering van buitenlandse zaken en defensie. Ook ieder een eigen munt. Voor China hebben wij een visum nodig, voor Macau en Hong Kong niet. Zoals gezegd, met de ferry verlaat ik het “land” Macau weer en het vandaag verkregen toeristenvisum, dat geldig was tot 18 oktober, is dus weer verleden tijd. Bij aankomst in Hong Kong krijg ik opnieuw een visum voor 90 dagen. Ik ga er zes van gebruiken. De ferry is er eentje van de snelle soort. Nadeel is dat je niet naar buiten mag. Ik heb van de stoelentoebedeelmeneer een mooie plek gekregen, nr. 20A, window seat sir! Er komt een Oostenrijkse dame naast mij zitten die al drie maanden op reis is en zich verbaast dat ik Duits spreek. Komt haar goed uit want haar Engels is minder dan mijn Duits. Halverwege de vaart valt zij in slaap; zo saai ben ik nu! Toch plezier aan haar beleefd, zij brengt mij door Kowloon park naar Nathan road, waar mijn hostel is. Net nadat zij heeft gezegd dat wij best du tegen elkaar mogen zeggen, nemen wij afscheid. Zij gaat verder, met de bus naar de New Territories, waar zij bij een vriendin logeert. Na een opfrissertje de stad in, in een straatje achter Nathan road lekker gegeten. O ja, bijna iedereen spreekt redelijk Engels, beetje raar, Chinezen die Engels spreken. Heel anders dan Sjanghai dus. Verder veel Indiërs die mij shirts, pakken en rolexen willen verkopen. En heel, heel veel mensen die mij willen laten masseren. Vooral mijn voeten zijn hier in het massageparadijs aangekomen. We zullen zien. Het hostel is een plaatje. Enorm gebouw rondom een binnenplaats en in de gang op de 13e verdieping is de receptie; dame achter een tafeltje. Ze kijkt de lijst na en constateert yes, paid. Nu alleen nog 100 HKD als deposit voor het sleutel kaartje. Dan naar de 7e want daar is mijn kamer. Alles is er maar het past maar net. 1,5 meter breed, en nog geen 4 meter lang en daar staat een 1 persoonsbed in, een nachtkastje, een kaptafel met kruk en een badkamer met wastafel, douche en wc. En schoon. O ja, ik vergeet de airco, de TV en de gratis WiFi. Geen raam, wel een klein rampje die open gaat naar een luchtschacht. Geeft niet. Hoe klein maar toch compleet kan je het maken. Ik zal er prima slapen.

Woensdag, 21 juli Hong Kong

Met Maarten afgesproken voor de Ingang van Mirador Mansions, waar mijn hostel is. We gaan met de Star Ferry naar Hong Kong Island. De Star Ferry is een oude veerboot uit lang vervlogen tijden en is echt een veerboot. Twee dekken; boven kost het ietsje meer. Benedendeks kun je overdag voor 2 HKD, 20 cent, op ouderwetse wijze naar de overkant varen. We beginnen met een Chinese theetafel in een authentiek Chinees theehuis. Dat betekent onbeperkt thee en veel hapjes. Dan met de Central Escalator; 20 roltrappen en drie transportbanden naar boven, die met de 800 meter samen de langste roltrap ter wereld zou zijn. Sommige roltrappen zijn wegens onderhoud buiten gebruik dus dat wordt af en toe trappen lopen. Eenmaal boven vervolgen wij letterlijk ons pad op weg naar The (Victoria) Peak. Dat pad leidt langs steile wegen en veeltredige trappen. Ik moet regelmatig even uitblazen. Het jonge hert Maarten huppelt vrolijk over de trappen voor mij uit. Zijn tijd komt ook nog wel. Een paar keer zijn we verkeerd gelopen; voor nop geklommen en weer terug naar beneden. Uiteindelijk vinden we de Old Peak Road. Dat kan niet meer missen. Onderweg zijn de uitzichten fabelachtig mooi. Hong Kong is zo ontzettend groen! We zijn de enige wandelaars naar boven want als iemand hier al gaat wandelen dan is het met de tram naar boven en wandelen naar beneden maar ik had nu eenmaal anders besloten. En denk vooral niet dat het niets is; de Peak is ruim 500 meter en dat hebben we allemaal gelopen en soms dus zelfs dubbel! Petje af voor ons dus. Het uitzicht boven is de zware wandeling dubbel en dwars waard. Je kunt nog, uiteraard tegen betaling, met roltrappen naar een uitkijkpunt. Er staat een sterke wind; er is een typhoon waarschuwing. Wel alle voortekenen maar het is er niet van gekomen, gelukkig maar. Vanaf de Peak kijk je naar beneden op de wolkenkrabbers. Grappig te denken dat we dus de hoogste wolkenkrabber hebben beklommen en nog een stukje verder ook. Met de taxi terug naar Hong Kong want Andrea, de vriendin van Maarten, meldt per SMS dat ze ter plekke is. Met zijn drieën lekker gegeten. Leuke vrouw. Goed gedaan Maarten!

Donderdag, 22 juli Hong Kong

Vandaag gaan we naar de New Territories, de voorsteden van Hong Kong, en wel naar Tsuan Wan. We hebben twee alternatieven, omhoog de berg op of een zeer groene wandeling rondom een van de grootste waterreservoirs van Hong Kong, lyrisch beschreven in de Lonely Planet. Een duidelijke ”must do” dus. Maar de weergoden beslissen anders; de hemelkleppen worden opengezet en dat wordt toch wel een beetje heel veel van het goede om een paar uur in de stromende regen te gaan lopen. We blijven dus nog even in Tsuan Wan en eten ook in een mall. Geen chique mall, maar gewoon heel leuk, zoals ik ze hebben wil. Lekker gegeten, groenten en saté. Vanavond ga ik met Maarten mee naar huis om te eten. Dat wil zeggen eerst mee naar zijn huis en dan met zijn drieën naar de moeder van Andrea, die meestal voor hen kookt. Maarten en Andrea wonen op Park Island, een klein eiland onder de mega hangbrug op weg naar het vliegveld. Het zijn gigantische woonblokken met heel veel ruimte voor groen, park en speelplekken. Best luxe eigenlijk. Iedere flat heeft zijn eigen geüniformeerde conciërge en de eerste maal moest de mevrouw uitdrukkelijk weten of ik wel bij Maarten hoorde. Gelukkig bevestigde hij dat. Leuke flat met uitzicht en een klein balkon. Alles op zijn Hong Kong’s. Klein dus want het is hier woekeren met de ruimte. Tussen de 50 en 60 m2 voor 9000 HKD (900 Euro) per maand. Twee kamers. Precies wat voor mij. Als Andrea thuis is gaan we naar moeder die even verderop in een flat woont. Heel vriendelijke vrouw die zich tevoren al excuseert dat als ze lang genoeg tevoren had geweten dat we zouden komen, ze meer op tafel had kunnen zetten. Aan de overvolle tafel is dat niet te merken. Heerlijk gegeten. De soep was gemaakt van groenten met pepers op Koreaanse wijze. Ik moet nog aan Maarten vragen hoe het heet. Inmaak groenten met peper op zijn Koreaans die bewaard wordt, net als onze zuurkool. Lekker pedis!

Vrijdag, 23 juli, Hong Kong

Vandaag met de kabelbaan op Lantau Island naar de Tian Tan Buddha, waarvan men zegt dat het de grootste Buddha van Azië zou zijn. Qua Buddha interesseert dat mij natuurlijk geen fluit maar de kabelbaan naar de bijna 1000 meter hoge piek des te meer. Voordat we naar de kabelbaan gaan nog even op Hong Kong Airport kijken, een van de grootste vliegvelden ter wereld en gebouwd op een door Nederlandse baggeraars aangelegd kunstmatig eiland. En ja, groot, heel groot, zowel Terminal 1 als Terminal 2. Terug met de bus naar de kabelbaan. Een fantastische tocht over een prachtig Lantau Island; groen en versierd met watervallen. Terugkijkend een groots uitzicht op het vliegveld. Onder ons lopen ook wandelpaden maar we ontdekken uiteindelijk maar 1 wandelaar; een blank meisje met rugzak. Maarten is vastbesloten om terug te gaan en vanaf de kabelbaan het pad terug te volgen. Bij de aankomstplek is een dorpje gebouwd, zoals gebruikelijk hier in China wordt dat altijd een kermis. Doet er niet toe. Wij moeten nog eten en lopen door naar het Po Lin klooster waar je tegen betaling van 60 HKD een “regular meal” mag gebruiken. Vegetarisch en geen alcohol. Veel tahoe dus. Soep vooraf, of beter gezegd tegelijkertijd, die echt helemaal naar niets smaakte. Typisch eten voor een gelovige dus; smakeloos. Na het eten de lange klim naar de Tian Tan Buddha. De Buddha stond mij niet in de weg en het uitzicht was niet te geloven zo mooi! Met de taxi naar Discovery Bau, ook op Lantau Island. Daar gaan we eten met zijn allen, Maarten en ik, Ramon en zijn zusje Lonneke die hier woont en werkt en Andrea, die wat later komt vanwege haar werk. Eerst wat voordrinken in de Irish Pub en dan naar Sopranos, een Italiaans restaurant. Aan de pizza en pasta dus. Doorborrelen tot sluiting en dan verhuizen naar het centrale plein van Discovery Bay waar tafeltjes met bankjes staan. Daar zit ook iedereen want in de belendende seven/eleven staat het bier, goedkoop nog wel, klaar. Naar huis wordt lastiger als blijkt dat de beloofde ferry pas om 02:50 vertrekt. Dan maar met de bus naar Tsing Yi Airport express station, vandaar kunnen Maarten en Andrea met de taxi naar Park Island, waar ze wonen, en ik met de bus naar Nathan Road oftewel TST (Tsim Sha Tsui) zoals de locals het noemen. Het is een bijzondere ervaring over de mega brug te rijden die ik ken van de serie “mega structures” die op Discovery of Nat.Geografic te zien was. Uiteindelijk pas om 4 uur thuis maar het was zeer de moeite waard.

Zaterdag, 24 juli, Hong Kong

Vandaag in mijn eentje er op uit. Niets bijzonders maar wel gewoon leuk. Door de kleine straatjes achter Nathan Road. Overal klinkt het “hello sir, watches, lolex, copy watches, tailor, want tailor? Shirts, suits” Ik blijf vriendelijk nee knikken of doe alsof ik niets heb gehoord. De straatverkopers zijn eigenlijk alleen een fenomeen van Nathan Road, de iets mindere maar daarom niet minder leuke winkelstraat in Kowloon. De winkels op Hong Kong Island zijn veel chiquer maar ook duidelijk duurder. Met de metro. Ik heb veel plezier van mijn Octopus Card, de Chipknip voor openbaar vervoer maar ook voor een flesje drinken bij de seven/eleven. Met de metro naar de overkant want ik wil een eindje rijden met de dubbeldekker tram op Hong Kong Island. Openbaar vervoer is voor mij spotgoedkoop. Voor een ritje met de tram betaal ik 2 HKD, dat is 20 eurie cent. Er rijden heeeeeel veel trams achter elkaar. Het rijdt niet echt snel want Connaught Road is erg druk en niet echt breed. Op plastic zitjes na zijn de trams zo op het oog nog gebleven zoals ze in dienst zijn gekomen, ik denk zo in de twintiger of dertiger jaren. Leuk dus. Morgen weg en vanavond niet op stap.

Zondag 25 juli, Hong Kong, Macau, Bangkok

Vandaag weer op weg. Om 10 uur afgesproken met Maarten bij de Mac in de IFC Mall. Op weg daarnaar langs de Filippijnse meisjes. Klinkt erger dan dat het is. In Hong Kong werken heel veel Filippijnse vrouwen en op zondag hebben zij vrij. Dan hangen ze niet in de stad rond maar zitten in groepjes vanaf het stadhuis tot aan de IFC mall op de overdekte voetpaden. Samen eten, kaarten, DVDtje kijken, internetten, elkaar verzorgen en vooral veel praten. Sommigen hebben zelfs hun plekje afgezet met karton. Gewoon meiden onder elkaar dus. Na eten en koffie/thee op weg naar de heliport. Afscheid van Maarten, dan door de immigratie en naar de Skyshuttlelounge. Een verwen area met drankjes, lekkere hapjes en wegzakstoelen. Een Business Class behandeling, maar daar was de prijs ook naar. Ik zorg wel dat ik dicht bij de deur sta die toegang geeft tot het vliegdek omdat ik per se bij een raampje wil zitten en er geen vaste zitplaatsen zijn. Inmiddels weet ik ook dat Chinezen altijd voordringen dus ik moet extra voordringen. Dat lukt; ik ben als eerste bij de heli. Ondertussen krijg ik oordopjes die ik niet ga gebruiken. Langzaam stijgt de heli op, fantastisch uitzicht over Hong Kong Island, langzaam draait de machine rond om voor mij het raam op Kowloon gericht te krijgen. De hoogte waarop wij vliegen is zeer beperkt, ik schat zoiets van een 200 meter. Dat betekent dat je de eilanden, de schepen en de fast ferries prima kunt zien. Vanuit de lucht wordt pas goed zichtbaar wat een prachtig gebied het is, de vele groene eilanden, witte stranden, prachtige rotsen. De heli volgt naar Macau de route van de fast ferries, die langzaam onder mij wegglijden. Snel, eigenlijk te snel, slechts 15 minuten, heeft de heli nodig om van Hong Kong naar Macau te vliegen. We landen op de heliport van de ferry haven.

Door Maarten gemaakt filmpje van het vertrek van mijn heli uit Hong Kong: //youtube.com/watch?v=Ioq8RNPyVOk 

Dan alleen nog de bus naar het vliegveld. Omdat ik geen munten heb moet ik 10 MOP in het gleufje stoppen, 1 enkele euro waard. 60 cent fooi dus.  

 

In Bangkok op het vliegveld nog een afspraak met Mart, een zoon van Ton, die van Chiang Rai naar Bangkok is gevlogen om zijn zoon Joe op te halen die drie weekjes vakantie te vieren; is de hele familie in Chiang Rai bij elkaar. Na de biertjes gaan zij naar de gate en ik stap op de pendelbus naar het busstation om met bus 552 naar On Nut te reizen en vandaar per Skytrain naar het hotel. Ni eens geen hotel in Banglampoo, de oude stad, maar in Thonbury, het stadsdeel aan de rechteroever van de Chayo Pray. Een verrassing; op 100 meter van het Skytrain station en meer een appartement dan een hotel kamer, compleet met aanrecht.

Hotelservice

De service gaat hier wel een beetje erg ver want op de koelkast liggen ook condooms als onderdeel van de Mini Bar. En de prijs van de kamer is 12 Euries per nacht; slaat de crisis toe? Zelfs de minibar is okay, 25 bath voor een cola en 40 bath voor een biertje, dus 60 cent en een euri. Daar wordt een Hollander blij van!

Maandag 26 juli, Bangkok

Het is half acht ’s avonds en ik zit op het overdekt terras van het hotelrestaurant te kijken hoe de regen met bakken naar beneden komt. Enorme herrie op het afdak. Geen weer dus om ergens buiten wat te gaan eten. Maar hier is ook Singha bier en prima Tom Yom Koong, scherpe soep met kokosmelk en garnalen. Best wel even uit te houden dus. Vandaag een loop- en openbaar vervoer dag. Met de Skytrain het centrum in en wat rondgelenterd. Beetje vroeg want ik wilde een kijkje nemen in MBK mall maar die ging pas om 10 uur open terwijl ik er al om negen uur voor de deur ston; uitslover! Nog een uurtje in een park zitten lezen en verder. In de middag in Thonbury aan de wandel, het stadsdeel waar ik nu slaap. Vlak achter het hotel is een grote markt, de Charoen Rat Market en daar worden wij blij van. Ook wezen kijken op het dichtbijgelegen Wiang Wai station. Een heel lang perron langs een enkele rails . Het perron is grotendeels in beslag genomen door een eindeloze rij eetstalletjes. De trein staat nog te wachten en hier en daar roept een passagier een verkoper om wat eten of drinken aan te reiken door het raam. En ik, sukkel, had net mijn camera niet mee. Verder nog iets lekkers gegeten dat ik niet kende. Rood gekleurd deeg met stukjes boontjes er in. En dat als oliebolletjes de olie in; dezelfde wadjan waar ook nog een vis in ligt te spetteren. Dat maakt hier niet uit. Het wordt geserveerd in een plastic zakje met schijfjes komkommer en zoetzure saus. Lekker dus.